De woning is energiezuinig ontworpen. Maar door het driedubbel glas, de geïsoleerde vloeren en plafonds en tochtvrije vensters is het wel noodzakelijk om goed te ventileren.

Hiertoe is er in elke woning een WTW unit geplaatst. WTW staat voor Warmte Terug Winning.
Er wordt bij de afzuiging van lucht uit de woning evenveel buitenlucht naar binnen geblazen. Deze afgezogen lucht heeft je kamertemperatuur en het zou jammer zijn deze zomaar naar buiten te blazen.
De WTW unit zorgt er voor dat de warmte van deze lucht zoveel mogelijk wordt afgegeven aan de naar binnenstromende lucht. Dit systeem noemt men een warmtewisselaar.
In theorie hebben beide luchtstromen na de warmtewisselaar dezelfde temperatuur. Dit geeft ‘zomers het omgekeerde voordeel. De warme buitenlucht stroomt naar binnen maar wordt gekoeld door de koele lucht welke naar buiten stroomt.

Deze passieve manier van warmteterugwinning kost geen energie. De ventilator in de unit draait immers toch om lucht naar buiten te blazen. Door de onderdruk welke hierdoor ontstaat stroomt dezelfde hoeveelheid “uitgeblazen” lucht ook weer vanzelf door de aanvoer buizen en warmtewisselaar naar binnen.

Ramen en deuren open
Wat gebeurt er als je een raam of buitendeur open zet?

Dan krijg je de hoeveelheid lucht welke wordt afgezogen evengoed naar binnen. Maar nu via ramen of deuren en dus niet via de warmtewisselaar. De temperatuur van deze lucht is gelijk aan de buitentemperatuur.
Dit is prima als het in de winter door een naar binnen schijnend zonnetje te warm wordt. Door de koude buitenlucht koelt het dan snel af. Maar sluit tijdig de ramen en deuren als je weer gebruik wilt maken van je optimale luchtvoorziening welke nauwelijks energie verbruikt.

Omwille van veiligheid en hygiëne staat je WTW-unit altijd aan. Door de ‘luchtdichte’ woning kan er een te hoog vochtgehalte ontstaan met schimmelvorming als gevolg. Ook kan door een te hoog CO2 gehalte een benauwde omgeving ontstaan. Gebrek aan zuurstof kan leiden tot hoofdpijn of andere aandoeningen. Om genoemde nadelen te voorkomen is er een vochtigheidsmeter in je badkamer geplaatst en een CO2 meter in je woonkamer. Deze meters zijn gecombineerd met een bedieningspaneel waarmee je de ventilatie in 3 standen kunt zetten. Normaal staan deze meet units in de automatische stand. Ze voeren de ventilatie automatisch op indien uit de meting blijkt dat dit nodig is. Als je de handmatige bediening gebruikt zal deze naar verloop van tijd weer vanzelf terug schakelen naar de automatische stand.

Filters

Elke 6 maanden moeten de filters in de WTW-unit vervangen worden. Daarna moet zo’n filter na 3 maanden gereinigd of gekeerd worden. De meters in woon- en badkamer geven dit aan d.m.v. een geel/oranje lichtsignaal. Na vervanging en/of reiniging van de filters moet dit op de WTW-unit worden gereset. Het geel/oranje signaal is dan weer 3 maanden groen.

Luchtventielen

In de plafonds van alle vertrekken zitten aan- en afvoer ventielen voor de ventilatie. Deze zijn door de installateur afgesteld. De opening laat een bepaalde hoeveelheid lucht door welke men het ‘debiet’ noemt. De opening is te vergroten of te verkleinen door het ventiel rond te draaien. Vervelend genoeg dien je bij een goede schoonmaakbeurt dit ventiel door rond te draaien te openen. Hierbij gaat je instelling verloren. Er zijn echter ventiel soorten welke een ‘geheugen’ stand hebben zodat ze na de schoonmaak weer de juiste hoeveelheid lucht doorlaten.

Condense vorming

Bij lage temperaturen zal de koude lucht in de warmtewisselaar condenseren. Dit water drupt in een afvoersysteem en verdwijnt in het riool. Bij strenge vorst zou de koude lucht het condenswater doen bevriezen. Hiertoe is een afsluitklep aangebracht. Wanneer deze in werking treed zal er tijdelijk geen lucht van buiten naar binnen stromen om vorstschade aan de warmtewisselaar te voorkomen. Dit zal echter nauwelijks gebeuren.